Ga naar de inhoud

Pasen

Met Pasen vieren we in de kerk het leven. We zien buiten om ons heen alles weer groen worden. Bloemen beginnen uit te komen. Maar we staan met Pasen vooral stil bij de weg die Jezus is gegaan. Hij sterft de marteldood aan een kruis, voor onze zonden. God wekt Hem op uit de dood. Zo geeft Hij ons kracht.

Veertig dagen vóór Pasen beginnen we al met het toeleven naar deze gebeurtenis. Deze veertigdagentijd (ook wel vastentijd of lijdenstijd genoemd) is een periode van vasten en bezinnen in voorbereiding op Pasen. De vastentijd begint op Aswoensdag en eindigt een aantal weken later op Stille Zaterdag. Christenen vullen het vasten op allerlei manieren in: niet snoepen, geen alcohol drinken, of 40 dagen geen social media gebruiken.

Ook in onze gemeente besteden we aandacht aan deze tijd. In de kerkdiensten staan we stil bij het leven van Jezus, zijn werk en uiteindelijk zijn sterven en opstanding. We geloven dat God met ons steeds opnieuw wil beginnen!

In de Stille week leven we toe naar Pasen met op Witte Donderdag een avondmaalsviering en een gezamenlijke maaltijd.

Op Goede Vrijdag is er een sobere en verstilde dienst waarin we bij de kruisiging stilstaan. De Paaskaars wordt dan gedoofd en aan het einde worden antependia en stola’s (de kleden op de tafel en aan de kansel) weggedragen.

Op Stille zaterdag houden we ’s avonds laat een Paaswake om stil te staan bij het sterven van Jezus.

Op Paaszondag vieren we in een vrolijke dienst dat de Heer is opgestaan en leeft!
Daarbij steken we zelf meegenomen bloemen in het houten kruis dat we daarna weer ophangen, als teken van de overwinning over de dood.